Zondag 24 november
Dag 11
Zondag , rustdag maar niet
voor Peter die al de hele reis zijn taak als chauffeur op zich nam. Deze dag
verlieten we Trinidad om verder te reizen naar Santa Clara, de stad van Che Guevara. Via een kleine omweg langs Sancti Spiritus reden we een heel stuk
langs bananenplantages en andere fruitbomen.
Veel toeristisch is er niet te zien in die stad, maar een mooie brug hebben ze wel. Deze gaat over de rivier de Yayabo en het typische aan de brug is dat men geitenmelk gebruikt heeft om de
cement mee te mengen.
De verdere route naar Santa Clara ging een groot gedeelte over de autostrade oftewel de autopista nacional.
Veel moet je je er niet bij
voorstellen want het zijn hier gewoon 3 stroken beton die zoveel jaren geleden
gegoten zijn langs beide richtingen en die er nu anno 2019 nog altijd hetzelfde
bijliggen.
Van 1 ding kan je heel zeker
zijn in Cuba,je zal hier weinig tot geen wegenwerken tegenkomen zoals bij ons
waar je van de ene omlegging naar de andere rijdt.
Toen we in Santa Clara aankwamen
was het even zoeken naar onze casa particular in die kleine smalle straatjes maar na enige keren rondrijden hadden we het toch gevonden. We mochten
onze auto schuin tegenover de casa parkeren hopende dat hij er de volgende
morgen nog krasvrij zou staan.
Veel toeristisch is er niet
echt te zien buiten het mausoleum van Che Guevara en de trein die ze lieten
ontsporen tijdens de bevrijding van de stad. Beiden liggen elk een stuk buiten
het centrum en vol goede moed begonnen we aan de wandeling met het gedacht dat
we toch tijd genoeg hadden. Omdat we ons toch een beetje verkeken hadden op de afstand ,hielden we zowat halverwege onze route een paard met koets
tegen die hier dienst doen als taxi. Voor de afgesproken prijs van 2 cuc bracht
hij ons tot aan het mausoleum. Op deze plaats staat een enorm standbeeld van de man die
in Cuba aanbeden wordt als een echte held en er is ook een museum over Che met
foto's en allerlei spullen van hem die hij gedurende zijn leven in zijn bezit had. In hetzelfde gebouw ligt hij ook begraven nadat ze zijn overblijfselen gevonden hadden
in Bolivie, jaren na zijn dood in 1967. Hij werd in 1997 overgebracht naar Santa Clara waar hij na een hele ceremonie door Fidel Castro geëerd werd in het
bijzijn van enkele honderdduizenden Cubanen.
Ook zijn medestrijders kregen hier een laatste rustplaats en in de
schijn van de eeuwige vlam kan je ook dit plekje bezoeken. https://nl.wikipedia.org/wiki/Che_Guevara
Met een paardentaxi reden we
naar het andere uiteinde van de stad waar de trein staat die Che liet ontsporen
om de stad te bevrijden. Spijtig genoeg was het zondag en kon je alleen de
buitenkant bekijken, dat was pech hebben want de kans dat je hier ooit nog komt is heel erg klein.
Als alternatief hadden we een
bezoekje aan een cremerie in gedachte ,de ijsroomzaak,genaamd Helados Coppelia, zou volgens onze Trottergids de plek zijn waar de Cubaan zijn ijsje ging eten. Voor we binnen konden moesten we eerst in
de (lange) rij gaan staan waarna ze je binnen lieten en je je bestelling aan een
kassa moest doorgeven en betalen uiteraard. Zoals alles in Cuba had je niet veel keuze dus hier geen
verschillende smaken met diverse sausjes of strooisel allerhande. Het werd een simpel bordje met 3 bollen ijs
en voor 3 bordjes moesten we in totaal 1 cuc neertellen oftewel een 90 eurocent, bij
ons betaal je voor 1 bol al gemakkelijk 1,5 euro. De crème de glace was
redelijk plat maar hij smaakte wel, maar welke smaak hij had kon niemand van ons thuisbrengen.Toen we eens in de gigantische ruimte rondkeken zagen we bij sommigen meerdere bordjes per persoon
op hun tafeltje staan en wat niet werd opgegeten werd in een doosje of zelfs in een plastic zakje gedaan .Wat hiervan de bedoeling was ontging ons volledig want die moest toch allang gesmolten geweest zijn door het warme weer vooraleer ze ermee thuis zouden geraken.
Helados Coppella |
Na dit speciaal vieruurtje
wandelden we nog wat verder en op het plein in het midden van de stad
hadden we het plan om nog wat mensjes te zitten kijken vanop een bankje. Aan de overkant van de straat stond een band salsa muziek te spelen en waren de mensen enthousiast aan het dansen. Toen we voorbij wandelden op weg naar een vrij bankje werd mijn hand vastgepakt door een oud vrouwtje, en voor ik het wist stond ik mee salsa te dansen althans voor mij enkel de beginners pasjes van die dans.
Deze stad moet wel de stad
zijn van doofstommen want regelmatig werden we 'aangesproken' door
verschillende personen die zogezegd doof waren en die wel het een of het ander
van je wilde en dit geval ging het natuurlijk in ruil voor een centje. Cuba is
trouwens niet echt het land van bedelaars maar hier bieden de mensen
vriendelijk hun diensten aan in ruil voor de nodige cuc's natuurlijk. Je krijgt
hier nog net niet het gevoel dat ze je oplichten ,althans dat is onze
ervaring.
Onze dag werd afgesloten met een lekker dinertje op het mooi dakterras van een erg gezellig restaurant.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten